De voedselnijverheid werkt met het paritair comité 118. Het loon van een operator in de voeding volgt deze minimumlonen. Maar er zijn wel verschillen tussen de verschillende deelsectoren binnen de voedingssector.
Je merkt bij de inleiding dat er een groot verschil op het bruto uurloon van een operator in de voeding zit. Dit heeft veel te maken met de verschillende deelsectoren plus het feit dat er veel kleine ondernemingen aanwezig zijn in de voeding.
Je deelsector speelt een belangrijke rol: tot wel 1 euro verschil per uur
De voeding is een grote sector en daarom wordt deze opgedeeld in enkele deelsectoren. Elke deelsector heeft een eigen minimumloon dat ze moeten respecteren. Enkele voorbeelden van deelsectoren zijn:
Maar als operator in de voeding kan je stellen dat je bruto uurloon steeds meer zal zijn dat 13 euro en dat je waarschijnlijk recht hebt op enkele extra premies die er voor zorgen dat je uurloon nog stijgt.
Indeling van je functie volgens je beroepsclassificatie
Deze indeling volgt een verloning volgens je opleiding en opgedane ervaring. Zo heb je onder meer:
Categorieën volgens de ORBA-methode
In sommige deelsectoren van de voedingsindustrie wordt gebruik gemaakt van de ORBA methode. Dit zijn cijferachtige categorieën in latijnse vorm (vb categorie IV)
ORBA is de methode van AWVN om functies te analyseren, te wegen en te waarderen; de focus ligt op de output, de verwachte bijdrage aan het bedrijfsresultaat van elke functie.
Premies doen je loon stijgen
Veel arbeiders in de voedingsnijverheid hebben recht op één of meerdere premies die gelden binnen de voedingsindustrie. Enkele veel voorkomende zijn:
Er zijn ook nog specifieke premies eigen aan een aantal deelsectoren zoals:
Lees je CAO of contract voor details.
Eindejaarspremie
Ook in de voeding kan je als operator rekenen op een eindejaarspremie mits je voldoet aan enkele verschillende eisen. Overloop je contract voor zekerheid maar algemene regels zijn sowieso:
